bestellen
auteur
recensie
email

book

trailers

Ik heb een blog geschreven over mijn bezoek aan de kapper. Hij staat hier samen met de blogs van mijn collega auteurs.


De kapper

(https://nederlandsechicklit.wordpress.com/ 2 juli 2012)


Vandaag was het weer zover. Naar de kapper. Ik ga daar altijd met veel plezier naartoe, want ik hou van het gefrunnik aan mijn haar. Maar terwijl ik daar zit komen er ook een hoop vragen bij mij op. Dat komt ook door die levensgrote niets verhullende spiegel die ze altijd recht voor je neus neerzetten. Zie ik er echt zo slecht uit?  Komt het door de martini cocktail die ik gisteravond in het kader van ‘research’ uitgeprobeerd heb? Die trouwens ontzettend smerig was, maar na toevoeging van een heleboel tonic ineens heel erg lekker was. Of ben ik gewoon moe? Zien anderen dat ook? Of valt het hen niet meer op juist omdat ze er altijd tegen aan moeten kijken? Dat ze mijn natte haren strak naar achteren kamt helpt ook niet echt. Met je ogen dicht hoef je niet naar jezelf te kijken, maar dat is natuurlijk wel een beetje een raar gezicht. En dan het praten. Het liefst hou ik mijn mond en geniet ik van het gekriebel en gefrunnik, maar kan dat eigenlijk wel? Wordt er niet van je verwacht dat je gezellig een praatje maakt? Of denkt de kapper ook ‘Hè hè eindelijk even rust?’ Ik heb nu een kapper gevonden die er anderhalf uur over doet. En dat alleen voor wassen, knippen en föhnen. Ze doet het hele riedeltje drie keer, echt waar, behalve het wassen dan. Knippen, föhnen, dat was de achterkant. Daarna weer knippen en föhnen en eerlijk waar toen ging ze weer knippen en daar was ik ook wel blij om want ze had gezegd dat ze het voor een beetje langer zou houden, maar nu was er nog nauwelijks iets af en hing het in pieken naast mijn gezicht. Na de derde keer knippen kwam ook voor de derde keer de föhn tevoorschijn. Na anderhalf uur verzucht de kapper: ‘Je hebt een flinke bos haar.’ Ik ben al bij veel kappers geweest, maar dat was nooit een rede om er extra lang over te doen. Maar deze kapper heeft dan ook letterlijk elk haartje in haar handen gehad, soms meerdere keren dus ik vermoed dat ze een tikkeltje perfectionistisch is aangelegd. Dat doet me denken aan een kapper in China waar ik een keer geweest ben samen met mijn man. Al meteen bij binnenkomst hoorden we enthousiaste kreetjes van de vele kapsters die daar in de zaak rondliepen. Ik werd overigens geknipt door een man. Het was natuurlijk ook heel wat een blonde toerist tussen al die zwartharige chinezen. De man heeft echt zijn best gedaan. Elk haartje werd door hem vakkundig in model gelegd. Na afloop kon ik zo door naar een willekeurig VVD-congres. Ik had het hart niet om hem dat te vertellen. In plaats daarvan lachte ik en knikte enthousiast om hem niet te beledigen. Het was min tien buiten, toch heb ik gewacht tot ik de hoek om was voordat ik mijn muts weer op zijn creatie durfde te zetten. Mijn nieuwe kapper is net zo ijverig, maar gelukkig veel beter. Ondanks dat het lang duurt, wat ik helemaal niet erg vind – ik geniet van iedere minuut - heeft ze op het einde wel het perfecte kapsel op mijn vermoeide hoofd gezet. Ik voel me op slag vijf jaar jonger en energieker.


Woman in Control

(Gastcolumn chicklit.nl – 2 mei 2011)


Ik ben een controlfreak. Of ik nu op de snelweg rijd (waarom blijf je op de linker baan hangen eik**!), naar de wc ga (wie heeft die toiletrol zo opgehangen?), of de badhanddoeken opvouw (met het labeltje aan de binnenkant). Ik heb het ook bij het snijden van de uien. Tot mijn schaamte moet ik bekennen dat ik tot op dat niveau controle wil uitoefenen.

Dat betekent dat ik vaak tandenknarsend toekijk hoe manlief veel te grote stukken ui in de pan hakt tot ik er niet meer tegen kan en het dan toch maar zelf doe. Boos omdat ik blijkbaar de enige ben die weet hoe je een ui snippert. Het is echt niet zo dat ik graag alles zelf doe, liever besteed ik zo veel mogelijk uit. En er zijn meer wegen die naar Rome leiden, dat weet ik, maar als ik heel eerlijk ben dan geloof ik daar dus niet in. Stiekem ben ik ervan overtuigd dat mijn manier het beste is. Het is zelfs zo erg dat ik me serieus afvraag waarom niet iedereen het zo doet.

Je zou verwachten dat wanneer alles volgens mijn perfecte plan verloopt, mijn leven als een geoliede machine voorbij marcheert. Gek genoeg is dat niet zo en dat is de grootste frustratie van een perfectioniste optima forma. Dat is ook waar Eva, de hoofdpersoon uit mijn nieuwste boek, tegen aanloopt. Inmiddels (na dertig jaar!) heb ik geleerd dat goed soms echt goed genoeg is en dat af en toe een foutje maken kan en mag en dat dat soms juist voor de broodnodige humor zorgt. Of Eva daar ook achterkomt? Lees zelf maar. Pretty Perfect ligt vanaf nu in de winkel.


columns& blogs